Verborgen Rodos
Mario Molegraaf
Eiland voor verwende smaken
Een groen eiland, onbedorven kusten, streken waar de huizen instorten in plaats van dat er wordt bijgebouwd, dorpjes waar iedereen kalimera tegen de onverwachte bezoeker jubelt, taverna’s aan verlaten stranden, met octopussen over een waslijn, helemaal Hellas.
Ik heb het over Rodos. Rodos, maar daar tiert toch al tientallen jaren toerisme in zijn banaalste vorm? Ik bedoel wel degelijk Rodos. Inderdaad zijn er rijen hotels die even saai zijn als hun namen, Blue Bay, Sun Beach, Blue Sea, restaurants waar ze wokken of de hele dag Engelse ontbijten serveren, en natuurlijk duizenden vakantievierders die zich niet schamen voor hun vette, verbrande lijven.
Maar als je het lelijke gordijn van dit toerisme even opzijschuift, krijg je een ander Rodos te zien, met kloosters in plaats van discotheken. Een paar kilometer van de kuststrook in het noordoosten, de hoek van de hotels, begint dat Rodos al.
Lindos
Het boeiendst zijn misschien de overgangsgebieden, niet te ver van de toeristencentra af gelegen dorpen waar ze snakken naar wat extra euro’s. Lardos bijvoorbeeld, nabij Lindos. ’s Avonds brengen taxi’s de buitenlanders af en aan, ze laten zich verwennen in de lokale taverna’s. Het Griekse dorpsleven gaat gewoon door. Naast de flitsende cocktailbar is er een ouderwets café met mannen die kaarten en triktrakken. Kinderen spelen onbekommerd op het drukke kruispunt, meisjes paraderen besmuikt voor de jongens, jongens paraderen even besmuikt voor de meisjes, telkens passeert een oud vrouwtje dat een onbezette kinderwagen als rollator gebruikt.
Ik moet bekennen dat ik met plezier rondloop door Lindos, het doolhofdorp onder de druk bezochte akrópolis met talloze souvenirwinkels. Het is allemaal zo overdadig dat het een eigen charme heeft. Je hebt er nog voortreffelijke restaurants ook, ik kon na twee avonden de verleiding niet weerstaan in de steegjes van Lindos opnieuw op zoek te gaan naar Ambrosia. Men voert er een door en door Griekse keuken, maar dan met een gastronomische draai en zelfs het bijbehorende decorum. Het restaurant is gevestigd in een van de archondiká, de herenhuizen van Lindos, steevast voorzien van soms spectaculaire choklakia-mozaïeken, van witte en zwarte kiezels die je overal op Rodos en naburige eilanden ziet. Heerlijk om over te lopen, massage voor de vermoeide voet. In Psinthos waren naast de kerk drie mannen bezig met het aanleggen van zo’n vloer. Er wordt wat specie gestort, en als dat nog nat is brengt men snel een voorraadje kiezels aan, korte kant naar boven. Alles wordt nog even aangedrukt en er is weer een stuk mozaïek klaar.
Lees verder in Lychnari 13/5 p. 36 e.v.