De geneugten van de markt

Maria Ikonomopoúlou

Boodschappen doen op de laikí

markt

Er is veel crisis overal, vele financiële problemen, grote zorgen voor de toekomst die mensen droevig stemmen. Gelukkig is er ook een basale / banale dagelijkse werkelijkheid met boodschappen doen en koken. En wie zijn boodschappen mag doen op een van de vele buurtmarkten in Athene maakt grote kans dat hij er helemaal van opknapt. In een wekelijks festival van kleuren en geuren waar de vitaliteit van het Griekse platteland floreert krijg ik meestal niet alleen zin in eten, maar ook hoop dat alles goed komt als ik zie wat er in dit zonovergoten land groeit. Daarom heb ik altijd veel zin om naar de laikí te gaan.

Mijn moeder ging er vroeger alleen naar toe. Sinds deze zomer is ze ziek en afhankelijk van iemand die met haar meegaat om de spullen te dragen. De optie om het boodschappendoen te beperken tot kleine porties, die ze zelf kan dragen, bij kruideniers en de supermarkt in de buurt, is onbespreekbaar. Ze kan bepaalde producten alleen op de markt vinden en ze moet er zelf bij zijn om de beste exemplaren van die bewuste producten te kunnen uitkiezen. De lage prijzen van de markt worden als argument niet gebruikt.

Mij trekt meer het feest van kleuren en de ingenieuze improvisaties waarmee de marktlui hun producten presenteren. Als ik bij haar logeer en de vraag valt ‘vandaag is de markt, zullen we?...’ sta ik al klaar met het ijzeren boodschappenkarretje en mijn fototoestel in de hand bij de voordeur.

Soepele omtovering

Buurtmarkten, in Griekenland ‘volksmarkten’ genoemd, begonnen in 1938. Inmiddels zijn er wekelijks 180 laikés in Athene. Ze zijn altijd erg populair geweest, wegens hun verse producten en lage prijzen, maar tegenwoordig sluiten ze erg goed aan bij de tendens om op de voedselmarkt de lijnen kort te houden tussen producent en consument.

De markt in de Kallidromiou-straat, iedere zaterdag in de wijk Exárchia, is voor velen, naast het boodschappen doen, een uitstapje met veel koffie, tsípoura en ontmoetingen. In vergelijking met vroeger, zie je nu vele vrouwen en allochtonen achter de kraampjes, en veel consumenten nemen hun eigen tasjes mee om plasticgebruik te voorkomen.

Iedere wijk heeft laikí op een vaste dag, bij ons is dat iedere vrijdag. De locatie verandert steeds, verschillende straten in de wijk komen aan de beurt. Door deze roulatie wordt de overlast van de buurtmarkt gedeeld. Het is opmerkelijk hoe een straat met heel veel auto’s en parkeerproblemen omgetoverd kan worden tot een eindeloze rij van kraampjes met groenten, planten en pyjama’s, waar allemaal ruimte voor schijnt te zijn, plus de auto’s van de producenten vol met goederen, die vaak ook als toonbank functioneren. 

Lees verder in Lychnari 2/2012 pag. 24 e.v.